Media en de mens

De media kunnen de mens op verschillende manieren beïnvloeden. Dit kan gebeuren op een positieve manier maar ook op een negatieve manier. Je kunt bijvoorbeeld promotie krijgen van producten door middel van reclame of video's die geen reeël beeld geven van de werkelijkheid. Ook kunnen de media je beïnvloeden in het dragen van bepaalde kleding. De vraag is: hoe sterk beïnvloeden de media de mens?

Om de invloed van massacommunicatie te beschrijven hebben we 5 theorieën. Deze theorieën zijn de stimulus-respons (ook wel injectienaaldtheorie), two step flow, uses and gratifications, agendasetting en netwerken. 

Stimulus-respons/injectienaaldtheorie

Het idee van deze theorie is dat mensen klakkeloos overnemen wat de media hen vertelt. De mensen krijgen als het ware de informatie ingespoten. Het enigste wat de media hoeven te doen is het indringend overbrengen van de informatie. Helaas werkt deze theorie tegenwoordig niet echt meer.

Two step flow

Wat tegenwoordig wel erg goed werkt zijn influencers of opinieleiders die de boodschap doorgeven aan het grotere publiek. Dit wordt tegenwoordig vaak gedaan door personen op social media, zoals vloggers. Deze mensen hebben een groot publiek waardoor de juiste doelgroep voor de promotie van een product makkelijk bereikt kan worden.

Een variant op deze theorie is de gedachte dat een kleinere groep (2% van de bevolking), genaamd de early adopters, een trend of innovatie alseerst oppikt. Dat zorgt ervoor dat het grotere publiek ook volgt. 

Uses and gratifications

Deze theorie legt de nadruk op de actieve rol van de mensen. Mensen maken zelf keuzes over welke media ze gebruiken, wanneer ze deze gebruiken en welke informatie je wilt verkrijgen. De vraag is dus niet wat de media doen met de mensen, maar wat de mensen doen met de media. Mensen gebruiken media (uses) om hun behoeften te bevredigen (gratify). Door online communicatie hebben de mensen tegenwoordig meer controle over wat ze lezen of bekijken. Deze theorie is erg gaande op dit moment.

Agendasetting

De belangrijkste gedachte achter deze theorie is: de media bepalen niet wat we denken, maar wel waarover we denken. De media bepalen welke onderwerpen er gepubliceerd worden en dus hoog op de agenda staan. De media brengen dus actuele onderwerpen sneller het nieuws in zodat wij erover na gaan denken op dat moment. Deze theorie is nog deels actueel. Door social media bepalen niet alleen de traditionele media meer wat er er op het moment trending is. Ook kunnen de media nooit voor jou bepalen hoe je over een onderwerp denkt en hoe jij je gedraagt. 

Netwerken

Deze theorie houdt in dat we de maatschappij moeten zien als een netwerk waarin de mensen elkaar beïnvloeden en met elkaar communiceren. Denk hierbij aan aanbevelingen van vrienden of vriendinnen. De mensen ontvangen hierdoor verschillende invalshoeken en meningen waaruit ze hun eigen beslissingen nemen en meningen vormen. Mensen gaan op zoek naar mensen met dezelfde interesses om hun informatie mee te delen en eventueel om advies te vragen.